De gegevens van de hier vermelde omgekomen kompels heb ik gevonden middels het raadplegen van diverse op het internet gepubliceerde krantenartikelen.

tek. Jef Caenen (met toestemming van zijn weduwe)

In de jaren 1936 tot en met 1940 op de Limburgse mijnen omgekomen kompels






Op de avond van 15 april 1936 geraakte de 39-jarige houwer, L. Vroomen uit Brunssum in de ondergrondse werken van de SM. Hendrik onder plotseling uit het dak vallend gesteente en kwam daarbij om het leven. Houwer Vroomen was gehuwd en vader van 4 kinderen. (Algemeen Handelsblad, 16-4-1936)




Op de middag van 28 april 1936 werd de 52-jarige hulpopzichter J.A. A., in de ondergrondse werken van de SM. Hendrik door een kolentrein aangereden en verloor daarbij het leven. A. was weduwnaar en vader van een kind. (Nieuwsblad van het Noorden, 29-4-1936)




Omstreeks 24 april 1938 raakte de 29 jarige mijnwerker H. van de Burgt uit Schinveld onder vallend gesteente bedolven en daarbij zodanig aan het hoofd verwond dat hij reeds overleden was toen hij gevonden werd. Het slachtoffer was vader van vijf nog jeugdige kinderen.




Op 3 maart 1939, omstreeks half acht in de ochtend, is de 18-jarige sleper P. Florax uit Hoensbroek, in de ondergrondse werken van de SM. Emma bekneld geraakt tussen twee wagens tengevolge waarvan hij onmiddellijk overleed. (Nieuwe Tilburgse Courant 3-3-1939)




In de ochtend van 17 april 1939 raakte de 19-jarige sleper H.M. Gelisse uit Stein, in de ondergrondse werken van de SM. Maurits, bekneld tussen een steenwipper en een mijnwagen en kwam daarbij om het leven. (De Tijd 17-4-1939)




Op de avond van 12 juni 1939 omstreeks 7 uur, kwam de 47-jarige houwer T. Janssen uit Stein, in de ondergrondse werken van de SM. Maurits onder plotseling afvallend gesteente en kwam daarbij om het leven. De heer Janssen was gehuwd en vader van 4 kinderen. (De Telegraaf 13-6-1939)




Op 31 okt. 1939 woedde er een ernstige brand op de 378m. verdieping van de mijn Laura. Een machinist kwam daarbij door koolmonoxydevergiftiging om het leven. (Het nieuws van de dag van 31-10-1939)




Op vrijdagmiddag 15 dec. 1939 is de 27-jarige hulphouwer F.H. Ruyters uit Hulsberg, in de ondergrondse werken van de SM. Emma overreden door een locomotief. Enige uren later is hij in het ziekenhuis te Heerlen overleden. Kompel Ruyters was ongehuwd. (De Tijd 16-12-1939)




Op maandagmiddag 1 okt. 1940 omstreeks half twee kwam de 53-jarige schudgootmeester P. van Leijenhorst uit Amsterdam, bij werkzaamheden in een pijler op de 410m. verdieping van de SM. Emma, in aanraking met de kolensnijmachine waarbij zijn rechteronderbeen werd afgekneld en zijn rechterbovenbeen ernstig gewond. Hij overleed later in het ziekenhuis te Heerlen. De heer van Leijenhorst was gehuwd en vader van een kind. (Haagse Courant 2-10-1939)




Op 18 dec. 1940 omstreeks half tien in de ochtend is de 40-jarige seingever J.H. Smeets uit Echt, in de laadplaats van de 410m. verdieping van de SM. Emma bekneld geraakt tussen een liftkooi en een mijnwagen en ter plaatse overleden. Seingever Smeets was gehuwd en vader van vier kinderen. (Nieuwe Tilburgse Courant 19-12-1940)




Op 30 dec. 1940 omstreeks 12 uur in de middag zijn de 23-jarige gehuwde houwer R.H. Lammers en de 21-jarige sleper J.M. Erkens in een pijler van de SM. Hendrik onder vallend gesteente bedolven geraakt. Toen zij enige uren later geborgen konden worden waren zij reeds overleden.
(Nieuwe Tilburgse Courant 31-12-1940)











FvdB

dec 2014

terug naar koelpiet
terug naar koelpiet